Voorkomen
Een vroeger behoorlijk zeldzame vlinder die verspreid over het land voorkomt. Tegenwoordig lijkt de soort iets algemener te worden (Huisman et al., 2006a) maar zij blijkt vaak zeer lokaal voor te komen. Deze uitbreiding lijkt samen te hangen met de acceptatie van een nieuwe voedselplant: jacobskruiskruid.
Herkenning
Vleugelwijdte 19-29 mm. De vlinders zijn vrij vaal van kleur en de donkere v-vlek zoals bij andere soorten Platyptilia is hier niet volledig en zo nadrukkelijk aanwezig. Grondkleur zandkleurig tot donkerder bruin, vaak bezaaid met donkere vlekken.
Levenswijze 'biologie'
De rups leeft in het bovenste deel van de plant, later in de steel, lager in de plant. Een kleine opening wordt gemaakt waardoor de uitwerpselen naar buiten worden geworpen. Er is tevens een klein spinsel aanwezig (Gielis, 1996a). De jonge rupsen overwinteren in de groen blijvende delen van de plant, aan het onderste deel van het blad. Kleine gaatjes verklappen de aanwezigheid van de rupsen. In het voorjaar komen de rupsen verder naar boven in de steel, en gaan als het ware met de plant mee de hoogte in. De uitkruipgaten bevinden zich in de bladoksels vrij bovenin de plant, soms meerdere rupsen per plant. De rups verpopt in begin-half juli in de holte. De rupsen worden veelvoudig geparasiteerd. De rupsen zijn kenmerkend door de lichte kleur, zeer onduidelijke setae, pikzwarte kop en nekschild en de zwarte wratachtige vlekken. Op het laatste segment is een overduidelijk zwart schild aanwezig met op het één na laatste segment een wat smaller zwart vlak.
Etymologie
Veder = veer, verwijst naar de veerachtige vertakkingen van de vleugels.
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Kruiskruiden (Jacobaea sp., syn. Senecio p.p.), de soort zat eerst op waterkruiskruid (Jacobaea aquatica, syn. S. aquaticus) en nu is jacobskruiskruid (Jacobaea vulgaris, syn. S. jacobaea) de voornaamste waardplant.
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|