Voorkomen
Een vrij algemene soort die verspreid over het land kan worden waargenomen.
Vooral bekend uit de onderste helft van het land. Adulten vliegen in twee overlappende generaties van half juni tot half augustus. De eerste generatie rupsen mineert in juni en juli, de tweede generatie van september door de winter, tot april of mei.
Herkenning
Adulten zijn op uiterlijk niet te onderscheiden van E. louisella, wel op genitaal. Kweken levert ook betrouwbare determinatie, E. louisella is monofaag op Spaanse aak (Acer campestre), E. sericopeza komt enkel voor op Noorse Esdoorn (Acer platanoides).
Levenswijze 'biologie'
De rupsen van de eerste generatie mineren in de vruchten van Noorse esdoorn (Acer platanoides), de tweede generatie mineert in de bladsteeltjes en bloemknoppen. Deze bloemknoppen kleuren daardoor zwart en zijn goed te herkennen.
Etymologie
Vrucht = in de helicopters minerend. De naam is gebaseerd op de levenswijze van de rups, zij mineert (=mineermot).
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Monofaag minerend op Noorse esdoorn (Acer platanoides) (Ellis, 2005a).
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|