Voorkomen

Een vrij algemene soort die verspreid over het land kan worden waargenomen. Landelijk een gewone soort en op vliegplaatsen vrij gewoon. Met uitzondering van het westelijke deel van Friesland en het hoge noorden van Groningen, waar de soort minder is gezien.
Voorkeur voor ruigten met dichte begroeiing op zonnige locaties.

Herkenning

Adult overdag actief, komt iets minder goed op licht dan de andere soorten Evergestis. Vliegt met een wat dwarrelige noch snelle vlucht net als de andere soorten van het genus. Herkenbaar.

Levenswijze 'biologie'

De rupsen leven op verschillende kruisbloemigen, meestal vrij laag in de plant van het loof. Eiafzet vindt plaats vanaf eind juni tot in juli aan de onderzijde van de bladeren. De rupsen zijn tot in november nog te vinden waarna ze zich een weg zoeken in de grond voor de verpopping. Overwintering vind thans ook plaats in popstadium. De soort is als rups goed te herkennen door de blauwe/grijze kleur op de rugzijde met een kenmerkende gele zijlijn. De lichte beharing is door het hele rupsenstadium aanwezig. Afmeting in volgroeid stadium betreft omstreeks 22 mm; ze lijken een voorkeur te hebben voor warme maar wat beschutte plekken en leven meestal vrij verscholen. Er zijn ook exemplaren gevonden, afkomstig uit Groningen, die zich meer lieten zien, levend op de bladeren van koolzaad (Brassica napus).

Etymologie

De term 'valk' verwijst naar de vogel; nl. het gestroomlijnde uiterlijk van de vlinder met de spitse kop. In gespreide situatie komt gestroomlijnde scherpe houding overeen met het onderaanzicht van bijv. een roofvogel.

Kruisbloemigen (Brassicaceae), waaronder kool (Brassica), barbarakruid (Barbarea), veldkers (Cardamine), zandkool (Diplotaxis), mosterd (Sinapis) (Parenti, 2000a), ook op koolzaad (Brassica napus) en varkenskers (Coronopus), mierikswortel (Armoracia rusticana) (kweek, Muus).

Links

Bekijk deze soort op Lepiforum.