Voorkomen
Een algemene soort die verspreid over het land kan worden waargenomen.
De soort komt overal over ons land voor en is vaak overal min of meer algemeen. Deze soort lijkt wel minder gewoon te worden ten opzichte van wat men vroeger schreef.
Herkenning
Adult kan overdag aangetroffen worden en is gemakkelijk op te jagen uit de vegetatie. Komt ook matig op licht. In de schemering foeragerend en drinkend van o.a. boerenwormkruid (Tanacetum vulgare), koninginnenkruid (Eupatorium cannabinum) en binnen de bebouwde kom op vlinderstruik (Buddleja). Door de sneeuwwitte kleur en het formaat is pentadactyla zeer gemakkelijk van de andere vedermotten te onderscheiden. Ondervleugels ook wit.
Levenswijze 'biologie'
De rups leeft eerst van de jonge bladeren, later overgaand op de bloemen en de bloemknoppen. Vraat vindt eerst plaats aan de onderzijde van het blad zodat aan de bovenzijde van het blad typische bruine vlekken ontstaan (Gielis, 1996a). De rupsen zijn vrij gemakkelijk te kloppen op plaatsen waar de winde tamelijk hoog over planten kruipt, op wat zonnige en kruidenrijke plaatsen. Verpopping vindt plaats tegen de steel of aan de onderzijde van het blad. Een heel enkele keer op een nabijgelegen plant. Het popstadium vindt plaats in mei en duurt slechts een volle week tot iets langer. Larve circa 12 mm, groengelig van kleur. Rupsen in latere stadia hebben een duidelijk gelige bloktekening over de rug aan elke zijde. Setae zijn duidelijk aanwezig en jonge rupsen doen daarmee enigszins denken aan jonge Arctiidae zoals Spilosoma lutea.
Etymologie
Veder = veer, verwijst naar de veerachtige vertakkingen van de vleugels.
Synoniemen: = vijfvingerige vedermot (Waring & Townsend, Vlinderstichting, 2006)
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Akkerwinde (Convolvulus arvensis) en haagwinde (Convolvulus (Calystegia) sepium) (Hannemann, 1977a).
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|