Voorkomen
Een behoorlijk zeldzame soort die over het hele land kan worden waargenomen. Materiaal bleek in het verleden wel eens onterecht als P. nemoralis gedetermineerd te zijn. Voornamelijk in vochtige gebieden, bij meren, riviertjes en beken in of bij bossen (Gielis, 1996a).
Herkenning
De vlinder vliegt in juli en augustus. De vleugelwijdte bedraagt 28-32 mm.. De soort lijkt sterk op P. gonodactyla, maar is groter, en de schubbenborstel aan de achterrand van de achtervleugel is sterker ontwikkeld.
Levenswijze 'biologie'
In Zuid-Europa is er een vroege voorjaarsgeneratie; daar zou hij vliegen in maart (LHomme, 1939a). De rups leeft in de jonge scheutjes, doorgaans vaak meerdere rupsen bijeen, zodat na verloop van tijd deze scheuten wat breder lijken t.o.v. de rest. De uitwerpselen worden door een kleine opening naar buiten gewerkt. Hierna volgt de verpopping in dezelfde ruimte als waarin zij het rupsenstadium doorgebracht hebben. Het popstadium duurt circa veertien dagen (Gielis, 1996a).
Etymologie
Veder = veer, verwijst naar de veerachtige vertakkingen van de vleugels.
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Voornamelijk schaduwkruiskruid (Senecio nemorensis, syn. S. fuchsii) in Nederland, elders rivierkruiskruid (S. sarracenicus, syn. S. fluviatilis) (Mitterberger, 1912; Hannemann, 1977).
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|