Voorkomen
Een algemene soort die verspreid over het land kan worden waargenomen.
Herkenning
De vlinder komt op licht, in de maanden september tot na de overwintering, tot begin juni. De soort kenmerkt zich door de donkere vlek op de voorvleugel, met daarbij twee sterk aanwezige zwarte vlekken voor deze vlek liggend, vooral karakteristiek zijn ook de zwarte vlekken aan de basis van de voorvleugelfranje.
Levenswijze 'biologie'
De rups leeft van mei tot begin augustus. De rups leeft eerst minerend, later in een spinsel aan de onderzijde van het blad (Harper et al., 2002a). De randen worden onderwaarts gevouwen en om die reden zijn de rupsen ook vrij gemakkelijk te vinden. De mineergangen zijn vaak dan nog goed zichtbaar en in combinatie met de ingevouwde bladeren zijn de rupsen snel te determineren. De eieren worden afgezet op de bladeren (Palm, 1989a). De rups is wat crèmegroenig, met wat gelige tinten en kleine wratten. Lichaam voorzien van dorsale rugstrepen, met zwarte tinten, setae vuil wit tot grijs met wittige uiteinden. Nekschild niet afwijkend van de kleur van de rest van het lichaam, wel met aan weerszijden opvallend getekende zwarte vlekken, kop bruingelig tot oranjebruin.
Etymologie
Platlijf verwijst naar de in rust neergelegen vleugels.
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Distels (Carduus en Cirsium), centaurie (Centaurea), klis (Arctium) en zaagblad (Serrutula tintoria). Ook bekend van driedistel (Carlina), melkdistel (Sonchus) en beemdkroon (Knautia arvensis) (Palm, 1989a; Harper et al., 2002a).
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|
|
Bekijk eerdere periodes...
|