Voorkomen
Een vrij algemene soort die verspreid over het land kan worden waargenomen.
Ectoedemia decentella mineert in de vruchtjes van gewone esdoorn (Acer pseudoplatanus) en wordt doorgaans als vlinder op licht verzameld, voornamelijk in de duinstreek. De adulten vliegen in twee overlappende generaties, van mei tot augustus. De rupsen zijn lastig te vinden, maar zijn waarschijnlijk in juli-augustus en met een wintergeneratie van september tot april actief. Het lijkt een vrij zeldzame soort, maar mogelijk is dit een waarnemingseffect en wordt ze over het hoofd gezien.
Herkenning
Adulten zijn goed herkenbaar aan de combinatie van een zwarte kopbeharing en witte thorax.
Levenswijze 'biologie'
De rupsen mineren in de vruchtjes van gewone esdoorn, in tegenstelling tot de rupsen van E. louisella die in de vruchtjes van spaanse aak (Acer campestre) mineren, of de rupsen van E. sericopeza die enkel in de vruchten van noorse esdoorn (Acer platanoides) mineren. Hoe de rupsen van E. decentella precies mineren is nog onbekend, de rupsen zijn nog onbeschreven. Wat wel bekend is, is dat de rups niet in het zaadje kruipt, waardoor het zaadje aan de plant blijft hangen en het vraatspoor lastig te vinden is. De wintergeneratie mineert ook in de knoppen. Vaak zijn de rode coconnetjes op de stam van de esdoorn te vinden.
Etymologie
Vrucht = in de helicopters minerend. De naam is gebaseerd op de levenswijze van de rups, zij mineert (=mineermot).
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Monofaag minerend op de vruchten van gewone esdoorn (Acer pseudoplatanus) (Ellis, 2005a).
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|