Voorkomen
Een zeer zeldzame trekvlinder die in 2006 voor het eerst in Nederland werd vastgesteld in Zeeland (Retranchement) en elders in het binnenland. A. catalaunalis is een kleine soort die een breed verspreidingsgebied kent in Zuidoost-Azië, Australië, Afrika en Europa. Reeds in de jaren 80 werd de soort ook voor het eerst gezien in Colombia (Zuid-Amerika) (Common, 1990a). In Europa beperkt de soort zich tot de landen rond het Middellandse Zeegebied, in warmere jaren worden zelden trekkers noordelijker gezien.
Herkenning
De vlinders vliegen van april tot in het late najaar en komen goed op licht. De soort kan worden verward met Nascia cilialis maar deze soort is vaak wat forser van formaat, heeft bredere vleugels en de abdomen zijn hier donkerder behaard.
Levenswijze 'biologie'
De incubatietijd van de eieren ligt tussen twee en vijf dagen. De rupsen zijn binnen ongeveer twee weken volgroeid en voeden zich met soorten binnen de Scrophulariaceae en Pedaliaceae, waarbij zij leven op de bladeren en hier een opvallend spinsel bij maken (Cheema & Singh, 1987a).
Etymologie
Rups op sesam.
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Leeuwenbekje (Antirrhinum), vlasbekje (Linaria) en sesam (Sesanum) (Goater, 1986a).
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|