Voorkomen
Een vrij algemene soort die verspreid over het land kan worden waargenomen als trekvlinder en als verstekeling met olijvenplanten in tuincentra. De soort kan zich niet handhaven in onze vrije natuur.
= unionalis Hübner, 1796, [Sammlung europanischer Schmetterlinge. 6. Horde. Die Zünsler; nach der Natur geordnet, beschrieben und vorgestellt]: 21, plaat 20 figuur 132.
Herkenning
De vlinders komen goed op licht en vliegen in de nazomer, van juli tot in oktober. Het uiterlijk is karakteristiek door het grote formaat en de helder fluwelen vleugels met een donkere bovenvleugelrand.
Levenswijze 'biologie'
De rups leeft in een spinsel op de bloeiwijzen en bladeren van struiken waaronder gewone jasmijn (Jasminum officinale) (Kalshoven, 1950a; Goater, 1986a). Overwintering vindt in landen met ons klimaat waarschijnlijk plaats als jonge rups.
Etymologie
Satijn verwijst naar de kleur. Lichtmot = komt op licht (buitenlampen).
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Gewone jasmijn (Jasminum officinale) en olijf (Olea) (Goater, 1986a). Parenti (2000a) noemt ook nog vele andere planten, waaronder liguster (Ligustrum).
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|