HERKENBAARHEID
 
 
WETENSWAARDIGHEDEN
 
Nationale status
inheems
Landelijk voorkomen
algemeen
Concept Rode lijst
Onbepaald
 
WANNEER VLIEGT DE VLINDER?

TOE- OF AFNAME (TREND)
 
Stabiel.
 
FOTO AANBIEDEN
 
Hoe kan ik bijdragen?
 
AUTEUR(S)
 
Corver, S.C. | Bronnen
 
LAATSTE AANPASSING
 
January 31, 2010, 2:13 am
Familie: Elachistidae, grasmineermotten
 
 
grijsgevlekte grasmineermot
Elachista maculicerusella  (Bruand, 1859)
 
 
 

Voorkomen

Een algemene soort die verspreid over het land kan worden waargenomen. Algemeen in heel Nederland. Wordt meestal aangetroffen in lage aantallen. De soort komt voornamelijk voor in vochtige gebieden zoals bij poeltjes, sloten en meren waar riet groeit.

Herkenning

De adult is vrij karakteristiek en niet te verwisselen met andere Elachistidae. De voorvleugels hebben een wit tot beige-gelige grondkleur met als meest opvallende kenmerk twee zwarte schubbenpuisten aan de basale rand van de voorvleugel, net voorbij het midden richting apex. Ook bij afgesleten exemplaren zijn deze zwarte schubbenpuisten nog goed zichtbaar. Bruine tekening op de voorvleugels beperkt zich van het midden van de voorvleugel tot aan de apex, maar is erg variabel. Kopbeharing en frons wit, zelfde kleur als thorax. Palpen wit. Beharing van achterlijf okergeel bij het wijfje en doorgaans donkerder en bruiner bij het mannetje. Achtervleugels licht okergeel bij het wijfje, bij het mannetje wat donkerder en bruiner.

Levenswijze 'biologie'

De soort mineert in diverse soorten gras. De lichtgroene gangmijnen zijn variabel van vorm. De uitwerpselen liggen verspreid in de mijn. De larve heeft na het verlaten van de mijn een gezwollen uiterlijk en is beige van kleur met een lichte rugstreep, soms met een wat gelige tot rozig-oranje gloed. De kop is lichtbruin. De larve verpopt na het verlaten van de mijn in een donkerbruine gordelpop met lichte tekening op het blad. Meerdere generaties per jaar. De soort overwintert als larve.

Etymologie

Geen nadere uitleg vereist.

Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"

Struisgras (Agrostis), Grote vossenstaart (Alopecurus pratensis), glanshaver (Arrhenatherum elatius), kortsteel (Brachypodium), kweekdravik (Bromus inermis), duinriet (Calamagrostis epigejos), kropaar (Dactylis glomerata), kweek (Elytrigia (Elymus) repens), beemdlangbloem (Festuca pratensis), witbol (Holcus), rietgras (Phalaris arundinacea), kanariegras (P. canariensis), riet (Phragmites australis), Plat beemdgras (Poa compressa), goudhaver (Trisetum), tarwe (Triticum) (Ellis, 2005a).

Links

Bekijk deze soort op Lepiforum.

 
VERSPREIDING

Bekijk eerdere periodes...


De soort kan worden verward met:




Perittia farinella
grasgeestje


 
 
  © All content copyright www.microlepidoptera.nl and allied photographers.