Phyllocnistis valentinensis, een nieuwe slakkenspoormot in Nederland

Gepubliceerd op 27 augustus 2018 door Erik J. van Nieukerken & Steve Wullaert
 

Een uitgekweekte geel slakkenspoormot (Phyllocnistis valentinensis) (foto: Erik van Nieukerken).

Triomfantelijk meldden we afgelopen jaar dat er plotseling grote aantallen van de smalle wilgenmineermot (Stigmella nivenburgensis) voor het eerst in Nederland werden gevonden. Dit jaar kreeg de zoektocht naar de op wilg levende mineerders ineens een nieuwe wending. Er zijn alweer twee mineerders van smalbladige wilgen nieuw voor zowel Nederland als België gevonden. De eerste nieuwe soort is vlinder met de naam Phyllocnistis valentinensis. De andere soortnaam wordt voorlopig nog even "geheim" gehouden. Beide vlinders zijn slakkenspoormotten, vernoemd naar het glanzende uiterlijk van de mijnen.

Mineerders
Mineermotten zijn mini-microvlinders waarvan de volwassen vlinders vaak niet op het zicht te herkennen zijn omdat ze veelal klein zijn en bovenal ook erg op elkaar lijken. De rupsen vreten echter opvallende en herkenbare patronen in het bladgroen. Ze leven niet op maar in de bladeren, waar ze, afhankelijk van de soort, smalle gangetjes of blaasvormige mijnen vormen, al dan niet in een gevouwen blad.

Ontdekking van alweer een nieuwe soort
Vorig jaar bleef het niet bij een aantal waarnemingen van de smalle wilgenmineermot. De Vlaamse werkgroep Bladmineerders vond na lang zoeken op 11 augustus ook de mijnen van deze soort in Belgisch Limburg, bij de Maas. Op de plekken in het Lauwersmeer en bij Grijpskerk, waar de mijnen vorig jaar talrijk werden gevonden, vond men medio begin mei men talrijke cocons. Vlinders konden worden uitgekweekt uit zowel deze cocons als uit lukraak verzameld strooisel. We verzoeken waarnemers vooral goed op deze mineerders te letten en met foto’s te documenteren op Waarneming.nl of Waarnemingen.be, zodat we de verdere uitbreiding kunnen volgen.

Na de spectaculaire vondsten vorig jaar, ging ook Erik van Nieukerken in november in Zuid-Limburg in het Maasdal op zoek naar de smalle wilgenmineermot (Stigmella nivenburgensis). In plaats daarvan, vond hij opmerkelijk gelige mijnen op de onderzijde van schietwilgbladen. Deze bleken te behoren tot Phyllocnistis valentinensis, en ook dit was weer een erg verrassende vondst, omdat deze soort nog niet van de naburige landen bekend was. Deze soort, die we voorstellen om de “geel slakkenspoormot” te noemen, onderscheidt zich van de algemene wilgenslakkenspoormot (Phyllocnistis saligna), doordat de mijn alleen op het blad zit, en meer geel dan zilver is. De mijn van de wilgenslakkenspoormot is zilverachtig (lijkt op een slakkenspoor!), begint op een blad en loopt dan over een flinke lengte over takken en eindigt weer op een blad.
De mijnen van de geel slakkenspoormot zijn te vinden vanaf juli tot in november, de rups maakt een gang in de onderepidermis, de buitenste cellaag, en leeft alleen van het sap van de cellen. Uiteindelijk verpopt hij in het laatste stuk van de mijn, vaak tegen de bladrand, dat door zijdedraden samengesponnen wordt. De vlinders komen meestal al snel daarna uit, en waarschijnlijk overwinteren de vlinders die in de herfst uitkomen.

Bladmijn van de gele slakkenspoormot op schietwilg te Geulle aan de Maas (foto: Erik van Nieukerken).

Meer waarnemingen
Aangemoedigd door deze vondsten vonden Arnold Schreurs en Rudi Seliger de mijnen vervolgens op heel wat plekken in oostelijk Limburg en aangrenzend het Duitse Nordrhein-Westfalen. Op 11 augustus 2018 vonden leden van de Werkgroep Bladmineerders van de Vlaamse Vereniging voor Entomologie de mijnen ook in België. De soort bleek talrijk langs de Maas te Dilsen-Stokkem, Negenoord-Kerkeweerd. In het westen en noorden van Nederland en het westen van België konden deze mijnen nog niet gevonden worden. De mijnen werden gevonden op schietwilg en kraakwilg, meestal samen met de veelal algemene wilgenslakkenspoormot (Phyllocnistis saligna).

Geheimzinnige soort
Op enkele plaatsen in Limburg werd nog een derde type vlindermijn gevonden, die in zekere zin afweek van de twee bekende wilgenslakkenspoormotten. Deskundig onderzoek wees uit dat er nog een derde slakkenspoormot op wilgen voorkomt. Eerder had Arnold Schreurs al vlinders gevonden die tot deze mysterieuze soort bleken te behoren, gedetermineerd door een Tsjechische specialist. Omdat deze soort nog niet officieel uit Europa gemeld is houden we de naam nog even geheim totdat een publicatie in Tsjechië is verschenen.  Hiermee valt dus te concluderen dat er opnieuw een soort is die nog niet eerder in Nederland en België werd vastgesteld. Niet één, maar twee nieuwe slakkenspoormineermotten!

Breiden wilgensoorten zich uit?
Geen boom is karakteristieker voor het landschap van de lage landen dan de wilg, en het is daarom verrassend dat juist de fauna op deze gewone en wijd verspreide boom zich zo aan het uitbreiden is. Van de smalle wilgenmineermot en en de geel slakkenspoormot lijkt het wel zeker dat ze zich recent hebben uitgebreid, ze waren eerst alleen uit Zuid-Europa bekend. Dat de andere, voorlopig geheimgehouden soort, nieuw is voor Europa is moeilijker in verband te brengen met een eventuele uitbreiding. De ontdekking van deze soort is namelijk te danken aan het DNA barcoding onderzoek, waarbij de DNA barcodes van “Phyllocnistis saligna” in een aantal clusters uiteen bleken te vallen. Omdat de Phyllocnistis soorten als vlinder erg op elkaar lijken en ook weinig verschillen in de genitaliën tonen, kon deze soort lang onopgemerkt blijven.


Bladmijn van de gele slakkenspoormot uit het Belgische Dilsen-Stokkem (foto: Steve Wullaert).


Categorie: Faunistiek | Terug naar nieuwsoverzicht | Ouder | Nieuwer


 
 
 
  © All content copyright www.microlepidoptera.nl and allied photographers.